De mens is een weerspiegeling van het universum
Een weg van herinnering
In de voorgaande vijf artikelen hebben we een sluier opgelicht van het vergeten weten dat in de kathedraal van Chartres nog altijd verborgen ligt — voor wie leert kijken met innerlijke ogen.
We ontdekten hoe:
In Artikel 1 de bouwer geen ambachtsman was, maar een ingewijde die werkte vanuit kosmische wetten.
In Artikel 2 de geometrie geen meetkunde was, maar een taal van de ziel — een stille verbinding met de orde van de Eeuwige.
In Artikel 3 zagen we hoe Chartres gebouwd werd op een plek die zélf bezield was — een aardse energieplek die gehoord werd en belichaamd.
In Artikel 4 begrepen we hoe symbolen niet bedoeld zijn om begrepen, maar om gevoeld te worden: sleutels die poorten openen naar innerlijk weten.
En in Artikel 5 verdiepten we het geheim van klank, materiaal en vorm — hoe zij samen de kathedraal maken tot een instrument dat niet alleen energie vangt, maar uitzendt.
Nu, in dit zesde artikel, keren we naar de kern: de mens.
Want waarom dit alles? Waarom zoveel aandacht voor steen, lijn, kleur en trilling?
Omdat de kathedraal niet alleen gebouwd is voor de mens, maar als spiegel ván de mens.
De mens als weerspiegeling van zijn Schepper en de Schepping
De bouwer van Chartres wist: de mens is geen losstaand wezen, geen toevallige samenstelling van botten en bloed.
De meester-bouwers van Chartres droegen een visie die ons modern bewustzijn nauwelijks nog kan bevatten:
de mens is niet afgescheiden van de wereld —
hij is de wereld, in het klein.
Niet als metafoor, maar als mystiek feit.
Niet als symboliek, maar als levende resonantie.
✶ Wat zich beweegt in de sterren, stroomt ook in de aderen.
Wat ademt in de seizoenen, pulseert ook in het hart.
Wat zich vouwt in de roosvensters, ontvouwt zich ook in het menselijk bewustzijn.
Volgens deze oeroude kennis — zoals terug te vinden in de Hermetica, de joods traditie, de christelijke neoplatonici én de middeleeuwse school van Chartres — is de mens geschapen naar het beeld en de orde van de Schepper en de Schepping:
– Hij is microkosmos binnen het macrokosmos.
– Beeld van de Schepping, en spiegel van de Schepper.
– Niet alleen biologisch lichaam, maar een levende tempel van Licht en Wijsheid.
Zichtbaar gemaakt in steen en licht
De kathedraal is gebouwd volgens deze exacte ordening. Alles aan haar getuigt van deze diepe overtuiging:
de mens is een liturgische structuur in zichzelf.
De plattegrond van de kathedraal is als een lichaam in uitgestrekte aanbidding:
– Het portaal als voeten, waarin de ziel de drempel overschrijdt van het profane naar het heilige.
– Het schip als bekken en buik: de plaats van aarding, incarnatie, geboorte.
– Het transept als open armen, het kruispunt van horizontale en verticale as — waar hemel en aarde elkaar raken.
– Het koor en de apsis als hart en hoofd: de ruimte van overgave, gebed, verbinding met het goddelijke.
– En het licht uit het oosten, vallend op het altaar, als het eeuwige Woord dat het innerlijk verlicht.
Ook de hoogte van het gewelf is geen willekeurige maat:
zij correspondeert met de wervelkolom — de spirituele as van de mens, de weg van opstijgende energie, zoals in latere mystieke tradities bekend als de kundalini, levensadem, of spiritus sanctus.

De kathedraal als levende tempel van transformatie
Verspreid door de kathedraal bevinden zich tientallen zorgvuldig ontworpen plekken die meer zijn dan louter architectonische details of decoratie. Deze krachtplekken — sommige bronnen spreken van 45 of meer — zijn energieknopen waar vorm, licht, klank en materie in perfecte harmonie samenkomen om diep in het innerlijk iets te wekken.
“Vijfenveertig plaatsen”
Dit getal verwijst niet naar een exact historisch telgegeven, maar is een symbolische aanduiding van het grote aantal specifieke, energetisch geladen of ritueel betekenisvolle plekken in Chartres. Denk hierbij aan:
– De 11 cirkels van het labyrint
– De 7 kapellen in de kooromgang
– De crypte en haar bron
– De pilaren met gebeeldhouwde wijsheidssymboliek
– De portalen met de koninklijke figuren
– De ramen met hun 172 panelen vol innerlijke ‘sleutels’
– De centrale aslijn van altaar, roosvensters en oost-west oriëntatie
– De plek waar de Zwarte Madonna ooit stond
– De “plaats van open hemel” in het middenschip
Als je deze allemaal telt — inclusief energetische krachtplekken zoals knooppunten van leylijnen of geometrisch gecodeerde hoeken — kom je op tientallen (en met enige symbolische vrijheid: ca. 45 of meer) unieke plaatsen waar vorm, functie en frequentie samenvloeien.
Wat gebeurt er op die plaatsen?
Deze plekken vormen knooppunten van wat de bouwers begrepen als een levend netwerk van bewustzijn:
– Heilige ruimte: De plek is afgestemd op kosmische of aardse energieën, vaak via geometrie, leylijnen, oriëntering of materie (bijv. kalksteen).
– Innerlijke velden: Elke plek roept iets op in de ziel — een gemoedstoestand, een herinnering, een archetypische beleving. Ze fungeren als innerlijke spiegels.
– Viscerale ervaring: De bezoeker voelt iets lichamelijks: rillingen, tranen, rust, lichtheid, warmte, alsof het lichaam zelf reageert op de sfeer of trilling.
De kathedraal als ‘levende tempel van transformatie’
De kern is dit: de kathedraal werd niet gebouwd als een passieve ruimte, maar als een actieve gids op een innerlijke reis. Elk van deze (ca. 45 of meer) plaatsen is een stap in een inwijdingsweg — een fysieke route die tegelijk een innerlijke transformatie begeleidt.
Daarom kunnen we zeggen dat deze ‘vijfenveertig plaatsen’ heilige ruimte, innerlijke velden en viscerale ervaring met elkaar verbinden in één meerdimensionaal proces, waarin ruimte, ziel en lichaam resoneren in eenheid.
Lichtlichaam & klanklichaam
De ramen van Chartres — met hun diepblauwe en vurige rode glas-in-lood — vormen een visuele expressie van de innerlijke wereld van de mens.
Zij beelden niet alleen verhalen uit, maar frequenties van bewustzijn.
– Het diepblauw wekt verstilling, concentratie, mystieke overgave.
– Het purper en karmozijn openen het hart.
– Het goud en wit in de zenitvensters wijzen naar verlichte geest, zuiver inzicht.
Wanneer de zon door deze ramen valt, beweegt het licht als levend water door het schip. De bezoeker wandelt dan letterlijk door het Licht dat hem vormt.

De klank van het orgel werkt volgens dezelfde logica: het bouwt energetische bruggen in het lichaam van de mens, opent lagen van resonantie die hem verbinden met zijn oorsprong.
Want klank is de adem van het onzegbare. Het is de taal van de ziel vóór de taal van woorden.
Kosmoskennis = zelfkennis
Voor de bouwer van Chartres was het kennen van de kosmos geen kwestie van berekeningen of grafieken, geen academische astronomie, en ook geen speculatieve astrologie zoals wij die vandaag kennen. Het was een initiatieweg — een proces van afstemmen, herinneren, hervinden.
Zichzelf kennen betekende voor hem:
de trilling van zijn eigen ziel terugvinden in de harmonieën van het heelal.
Het betekende:
– Zien hoe zijn adem samenvalt met de adem van de aarde, hoe de uitzetting van zijn borstkas weerklank vond in het wassende ritme van de maan, in de golfslag van getijden, in de polsslag van seizoenen.
– Weten dat zijn emoties niet slechts persoonlijk waren, maar bewogen als echo’s van grotere stromingen — beïnvloed door de standen van planeten, de wisseling van winden, de vibraties van klank en kleur.
– Ervaren dat zijn lichaam een instrument was: een resonerende tempel, waarvan elk gebaar, elke buiging, elke gebedshouding meespeelde in een oneindige dans van planeten, sterren, elementen en engelenkoren.
Zijn innerlijk leven was niet gescheiden van het uitwendige universum;
zijn zintuigen waren poorten, zijn ziel een spiegel, zijn lichaam een partituur van het kosmische Lied.
Daarom werd de kathedraal gebouwd zoals zij is:
als afdruk van die verbondenheid,
als ruimtelijk gebed,
als symfonie van steen, licht en ademhaling.
Elke lijn in de plattegrond, elke curve in het gewelf, elke kleur in het glas-in-lood werd zo geplaatst dat zij dezelfde orde in de mens konden oproepen.
Niet om hem te imponeren, maar om hem wakker te maken.
Niet om hem buiten zichzelf te trekken, maar juist naar binnen,
waar het universum zich spiegelt in het hart.
Innerlijke kosmologie: de visie van de School van Chartres
De School van Chartres (12e eeuw) stond bekend om haar synthese van filosofie, theologie en wetenschap, waarin het menselijk bestaan werd gezien als een microkosmos binnen de macrokosmos. Denkers als Bernard van Chartres, Thierry van Chartres en Richard van Saint-Victor benadrukten dat zelfkennis en kosmoskennis onlosmakelijk verbonden zijn.
Bernard van Chartres stelde: “Wij zijn zoals dwergen die op de schouders van reuzen staan. Zo kunnen wij verder zien, niet omdat onze ogen beter zijn, maar omdat wij worden verheven door wat ons voorafging.”
Deze metafoor wijst op het inzicht dat het menselijk bewustzijn wordt gedragen door universele principes en hogere werkelijkheden. De mens kan de kosmos slechts ‘zien’ door innerlijke verheffing en zuivering.
Richard van Saint-Victor schreef over de ziel die via contemplatie de goddelijke orde aanschouwt: “De mens ontvangt niet alleen kennis door zijn verstand, maar ervaart de ware werkelijkheid door een dieper oog, het oculus interior, dat de verbondenheid met God en schepping opent.”
Deze ‘innerlijke weg’ is geen abstracte theorie, maar een praktijk van zelfrealisatie die parallel loopt met de waarneming van de kosmische orde.
De kathedraal als ademend organisme: tijd en ritme gevangen in steen en licht
De bouwers van Chartres begrepen dat de kathedraal niet slechts een stilstaande spiegel van het universum is, maar zelf een levend, ademend organisme dat de cyclische ritmes van de natuur en kosmos belichaamt. Deze visie gaat veel verder dan de bouwkundige en symbolische structuur; het betreft de ervaring van tijd en licht als essentie van spirituele aanwezigheid.
Concreet is dit zichtbaar in de manier waarop het daglicht zich door het jaar heen in de kathedraal beweegt: op specifieke dagen, zoals rond de zomer- en winterzonnewende, valt het zonlicht precies op bijzondere plekken — bijvoorbeeld het oostelijke roosvenster wordt dan door de ochtendzon verlicht, waardoor de kleuren en symbolen in een intense en transformerende gloed baden. Dit ‘lichtspel’ is geen toeval, maar een bewust ontworpen ritme dat de bezoeker uitnodigt om mee te ademen met het kosmische jaarwiel.
Ook de oriëntatie van de kathedraal op de oost-west-as is verbonden met de opkomst van de zon, wat het thema van wedergeboorte en verlichting benadrukt. Het pad van de zon door het schip van de kerk symboliseert de innerlijke reis van de mens: van duisternis naar licht, van onwetendheid naar inzicht.
Daarnaast dragen architectonische elementen zoals de labyrintvloer bij aan deze ‘ademhaling van de tijd’. Het labyrint, dat de pelgrim langs 11 cirkels voert, nodigt uit tot een langzame, meditatieve wandeling die niet alleen een fysieke maar ook een tijdelijke reis is. Het is een symbolische reis door de seizoenen van het leven en de kosmos, een verinnerlijking van het ritme van het universum in het eigen lichaam en bewustzijn.
Zo creëerden de bouwers van Chartres een gebouw dat niet alleen ruimte biedt aan gebed en contemplatie, maar een tijdloos ritme ademt waarin de bezoeker wordt uitgenodigd tot diepe verbinding met het grotere geheel. De kathedraal wordt daarmee een levende tempel, waarin ruimte, licht en tijd samensmelten tot een eenheid die het innerlijk bewustzijn harmoniseert met de pulserende hartslag van het universum.
Dit concept van “tijd als levende stroom” zie je ook terug in andere oude tempels en mysterietradities. Het benadrukt dat de plek niet alleen ruimte is, maar ook een tijdpoort, een plek waar verleden, heden en toekomst in elkaar vloeien — en waar de mens in contact komt met de eeuwigheid.
Ritmes van hemellichamen en menselijke ervaring
In de middeleeuwen bestond geen strikte scheiding tussen ‘natuurwetenschap’ en ‘spiritualiteit’. De bewegingen van de maan, zon en planeten waren niet alleen astronomische feiten, maar weerspiegelingen van een levend, geestelijk geheel. Deze kosmische ritmes bepaalden de kalender, landbouw, feesten, maar ook innerlijke ritmes van de mens.
De wisseling van de maan werd bijvoorbeeld geassocieerd met de cycli van geboorte, groei en vernieuwing, terwijl de zon het levenslicht en de ziel symboliseerde. Dit werd verwerkt in gebeden, liturgie en het ritme van het kloosterleven. De mens werd dus letterlijk afgestemd op de hemelbewegingen.
Hugh van Saint-Victor benadrukte dat het lichaam van de mens niet zomaar stoffelijk is, maar dat er een harmonie tussen lichaam, ziel en universum bestaat. Zijn beschrijving van het lichaam als ‘tempel van de Geest’ was ook een verwijzing naar het grotere, heilige universum.
Architectuur als levende manifestatie
De bouwers van Chartres gebruikten deze inzichten om de kathedraal te maken dat de kosmische orde zichtbaar, voelbaar en ervaren maakte. De geometrie van de kathedraal is niet willekeurig; zij volgt de principes van de heilige geometrie — verhoudingen die overal in de natuur terugkeren, van de spiralen in schelpen tot de banen van planeten.
Elke afmeting in de kathedraal draagt een symbolische betekenis: het schip als het menselijk lichaam, het koor als het geestelijke centrum, de torens als de verbinding tussen aarde en hemel. Door de precisie van deze vormen en hun relatie tot het ritme van het licht en geluid, creëert de kathedraal een holistische ervaring die het innerlijk van de bezoeker in resonantie brengt met het universum.
Deze architectonische intentie werd ondersteund door de klank van het orgel en de akoestiek van het gebouw, die samen een energetisch veld opbouwen waarbinnen de bezoeker bewustzijnsverruiming kan ervaren.
De dans van klank, beweging en energie
De oude bouwers beseften dat het menselijk lichaam zelf een instrument is dat resoneert met klank en energie. Het afstemmen van muziek en ritme — bijvoorbeeld via het orgel — was bedoeld om deze innerlijke lagen te wekken en mee te bewegen met de kosmische harmonie.
Middeleeuwse muziek, met haar modale toonladders, ritmische patronen en overtonen, was een middel om de ziel te begeleiden in een spirituele reis. Het getemde geluid van het orgel in de kathedraal resoneerde met de stenen en gewelven, waardoor de ruimte een energetische ‘zendmast’ werd — een poort naar hogere bewustzijnstoestanden.
De kennis van de bouwers van Chartres was dus diep geworteld in een holistisch wereldbeeld waarin mens, kosmos en God één levende werkelijkheid vormden. Zelfkennis was kosmoskennis — niet intellectueel, maar een mystieke ervaring die zich vertaalt in architectuur, kunst en muziek.
Deze wijsheid is grotendeels verloren gegaan in onze tijd van rationalisme en fragmentatie. Maar wie vandaag Chartres binnengaat, betreedt nog altijd de echo van die oude harmonieën, die uitnodigen tot het herontdekken van de diepere verbondenheid tussen mens en universum.
Wij zijn dit vergeten
Vandaag de dag ervaren wij onszelf als afgesneden van dit geheel, omdat we alleen willen weten wat we kunnen meten.
Wij kennen ons lichaam als een machine, ons denken als een afzonderlijke bubbel, onze ziel — als zij al erkend wordt — als iets privés.
Wij zijn het spoor kwijt van deze grote samenhang doordat we in een Technocratische maatschappij leven.
De bouwer van Chartres echter kende die nog.
Zijn metselwerk was gebed.
Zijn geometrie was gebed.
Zijn stilte was weten.
En wat hij bouwde, staat er nog steeds:
Een levende herinnering aan wie wij werkelijk zijn.
Een lichaam van steen dat spreekt van ons lichaam van licht.
Een spiegel van de Schepping die zegt:
“Jij bent dat ook.”
Her-inneren: opnieuw in de orde stappen
Wat Chartres ons leert — en wat wij opnieuw mogen leren — is dat er een diepe innerlijke ordening bestaat die zich uitdrukt in geometrie, klank, symboliek en ritme. En dat die ordening ook in ons leeft.
Als we dus door de kathedraal lopen, lopen we door onszelf.
Als we luisteren naar het orgel, luisteren we naar onze ziel.
Als we het licht zien spelen op de steen, zien we ons eigen bewustzijn in beweging.
En dan gebeurt er iets wonderlijks:
We worden niet slechts toeschouwer van schoonheid,
maar deel van een groter geheel —
waar wij, de kathedraal, de aarde en het universum
samen ademen in dezelfde orde van leven.
LEES VERDER: weten-komt-van-binnenuit/
SERIE – de kerk van Chartres
– Het mysterie van Chartres
– De bouwer van de kerk te Chartres
– Heilige geometrie van Chartres
– De bezielde aarde van Chartres
– Symbolen uit Chartres, die spreken tot de ziel
– De energie van Chartres als levende tempel
– De mens is een weerspiegeling van het universum
– Weten komt van binnenuit