De heilige ruimte tussen twee mensen
Seksualiteit als ontmoeting, niet als transactie
In mijn praktijk merk ik telkens opnieuw hoe seksualiteit binnen relaties wordt benaderd alsof het een functie heeft die moet “werken”. Alsof het een apparaat is met een aan/uit-knop, een gebied dat moet worden verbeterd, geoptimaliseerd, gepland of gecompenseerd. Soms zelfs geruild, gebruikt als wisselgeld, als prijs voor goed gedrag of als instrument om iets terug te krijgen wat elders in de relatie ontbreekt.
Maar precies in die manier van kijken sluimert een misverstand dat dieper reikt dan we op het eerste gezicht vermoeden: intimiteit is geen prestatie, maar een ontmoeting.
Ze ontstaat niet vanuit voorwaarden, maar vanuit aanwezigheid.
Niet door inspanning, maar door openheid.
Niet door strategie, maar door resonantie.
Wanneer seksualiteit wordt ingezet als middel — om spanning te ontladen, bevestiging te verkrijgen, macht te behouden of conflicten te vermijden — verliest ze haar oorspronkelijke kwaliteit: vrijheid. En zodra die vrijheid verdwijnt, vervaagt de grens tussen wederkerige intimiteit en grensoverschrijding. Vaak niet luid of expliciet, maar stil, subtiel, nagenoeg onzichtbaar voor wie het niet wil voelen.
Waarom zien we seks als middel?
De neiging om seksualiteit instrumenteel te benaderen komt niet uit het niets. Het is de optelsom van culturele erfenissen, relationele dynamieken en innerlijke onzekerheden. Hieronder de belangrijkste lagen die ik in de praktijk terugzie:
1. We verwarren lichamelijke nabijheid met emotionele zekerheid
Veel mensen gebruiken seks om te voelen dat ze gewild, geliefd of veilig zijn. Het lichaam wordt dan een weg naar geruststelling. De partner wordt een bron van bevestiging. Maar wanneer intimiteit een middel wordt om emotionele gaten te dichten, verschuift het van vrijheid naar afhankelijkheid. De ontmoeting wordt dan een strategie om angst te sussen.
2. We leven in een cultuur die seksualiteit koppelt aan succes en identiteit
Van jongs af aan leren we dat “goede seks” een soort prestatielabel is.
We meten onszelf af aan normen die zelden iets te maken hebben met authenticiteit.
Dat creëert druk: de druk om te presteren, om te voldoen, om te leveren.
En waar druk ontstaat, verdwijnt de ontmoeting.
3. Angst voor verbinding maakt dat we de controle zoeken
Werkelijke intimiteit vraagt om overgave: om gezien worden zonder rol, zonder ingehouden adem, zonder de façade van “ik heb het onder controle”. Dat kan beangstigend zijn. Het is eenvoudiger om seks te gebruiken als iets voorspelbaars: reguleren in plaats van verbinden.
Veel mensen kiezen — vaak onbewust — voor beheersing in plaats van overgave.
4. Oude hechtingspatronen spelen een grote rol
Wie heeft geleerd dat liefde onzeker, voorwaardelijk of onstabiel is, kan seksualiteit gaan gebruiken als middel om de ander nabij te houden.
Pleasers geven hun grenzen op.
Vermijders sluiten hun hart maar laten hun lichaam wel toe.
Beide zijn manieren om contact te hebben zonder echt geraakt te worden.
5. Seks als compensatie voor relationele scheurtjes
Wanneer partners niet goed kunnen praten, niet kwetsbaar durven zijn of emotioneel vervreemd raken, wordt seks soms ingezet als lijm.
Seks als verzoening.
Seks om ruzie te neutraliseren.
Seks om de illusie te creëren dat alles nog klopt.
Maar intimiteit kan geen scheuren repareren die nooit benoemd zijn.
6. Onzekerheid over verlangen en eigenwaarde
Veel mensen gebruiken seks om te voelen dat ze “voldoende” zijn: aantrekkelijk, gewenst, sterk, geliefd.
Het lichaam wordt dan een middel om waarde te bewijzen in plaats van een instrument van expressie.
Zodra verlangen gekoppeld raakt aan zelfwaarde, ontstaat afhankelijkheid.
7. We zijn verleerd om aanwezig te zijn
In een wereld die draait op snelheid, doelen en prikkels is aanwezigheid bijna een vergeten kunst. Echte seksuele ontmoeting vraagt om vertraging, luisteren, voelen, afstemmen — niet om resultaten.
Maar voor velen is vertragen spannend: in slowness komen we onszelf tegen.
De essentie: Seks als middel is een signaal van iets dat om aandacht vraagt
Wanneer seksualiteit een instrument wordt — voor verbinding, geruststelling, macht, controle of afleiding — is dat nooit een oordeel, maar een richtingaanwijzer.
Het toont waar er:
– pijn zit
– oude angst leeft
– onvervulde behoefte schuilgaat
– stil verdriet of gemis om erkenning ligt
– de relatie om eerlijkheid vraagt
Het herkennen van dit patroon is geen falen, maar het begin van verdieping.
Wanneer seksualiteit niet langer wordt ingezet als strategie, troostmiddel, ontsnapping of onderhandeling, ontstaat een totaal ander landschap. In dat landschap is seksualiteit geen middel tot een doel, maar een manier van aanwezig zijn. Een veld van ontmoeting waarin twee mensen zichzelf én elkaar kunnen voelen zonder dat één van beiden hoeft te verschuilen, te presteren of te overtuigen.
De essentie van dat landschap is gelijkwaardigheid.
Niet als afspraak of contract, maar als innerlijke houding. Een grondtoon.
Gelijkwaardigheid als innerlijke houding
Werkelijke gelijkwaardigheid is subtiel. Je kunt haar niet afdwingen, je kunt haar niet rationaliseren; je kunt haar alleen belichamen. Ze ontstaat wanneer twee mensen elkaar ontmoeten vanuit het besef dat ieder mens autonoom is, vrij in zijn verlangen, vrij in zijn grenzen en vrij in zijn ritme.
Gelijkwaardigheid betekent in de kern:
– Ik zie jou als een vrij mens
Niet als verlengstuk van mijn behoefte, niet als antwoord op mijn angst, niet als garantie voor mijn eigenwaarde.
Maar als iemand met een eigen binnenwereld, eigen ritmes, eigen verlangens en eigen twijfels.
– Ik claim jou niet
Claimen gebeurt subtieler dan we denken: door verwachtingen, door stilzwijgende plichten, door emotionele druk, door teleurstelling die eigenlijk grensoverschrijdend is.
Niet claimen betekent: ik ben benieuwd naar jou, maar ik eis niets van jou.
– Ik nodig uit, maar dwing niet
Uitnodiging is een open hand.
Dwang is een gesloten vuist.
Tussen die twee ligt het enorme verschil tussen seksuele vrijheid en seksuele loyaliteit die eigenlijk verkapte angst is.
Uitnodigen betekent: ik laat mijn verlangen zien zonder dat jij verantwoordelijk wordt voor de vervulling ervan.
– Ik blijf verbonden met mijn eigen grenzen én de jouwe
Gelijkwaardigheid vraagt om zelfbewustzijn: voelen waar mijn grens ligt én tegelijkertijd waarnemen waar jouw grens ademt.
Seksualiteit wordt pas werkelijk intiem wanneer beide lichamen mogen spreken — niet alleen in woorden, maar in microbewegingen, stilte, terugtrekking, openen, ademen.
Wat seksualiteit dan wél wordt
Wanneer deze innerlijke houding begint te leven, verandert seksualiteit van karakter. Ze wordt:
1. Een resonantie, geen prestatie
Er hoeft niets bereikt te worden. Het “succes” van de ontmoeting zit in de afstemming, niet in het resultaat.
2. Een veld waarin beide partners tot rust komen in zichzelf én in elkaar
Geen rol, geen maskers. Aanwezigheid wordt belangrijker dan actie.
3. Een bewuste uitwisseling van energie en aandacht
Niet om iets te verkrijgen, maar om samen te bewegen in wat er is.
4. Een ruimte waar kwetsbaarheid welkom is
Seksualiteit wordt een veilige plek om te voelen, niet een arena om te voldoen.
5. Een vorm van luisteren
Het lichaam luistert, het hart luistert, de adem luistert.
En in dat luisteren ontstaat vanzelf het juiste ritme, de juiste intensiteit, de juiste nabijheid.
Samen aanwezig in hetzelfde veld van ervaring
In deze benadering leidt niemand.
In deze benadering volgt niemand.
Het is geen tango met een vaste leider, geen hiërarchie van initiatief of overgave.
Het is twee mensen die samen bewegen in hetzelfde veld van ervaring — soms zacht, soms intens, soms speels, soms stil. Maar altijd bewust. Altijd wederkerig.
Het gaat niet om doen, maar om zijn.
Niet om spanning, maar om diepgang.
Niet om controle, maar om contact.
Niet om het lichaam alleen, maar om de hele mens.
Waarom seksualiteit nooit een onderhandelmiddel mag zijn
Wanneer seksualiteit een onderhandelmiddel wordt, gebeurt dat bijna nooit bewust. Het ontstaat in de onderstroom, gevoed door psychologische patronen die vaak veel ouder zijn dan de relatie zelf. Partners schuiven dan ongemerkt van ontmoeting naar strategie, van resonantie naar onderhandeling. En hoewel dit subtiel begint, heeft het grote gevolgen voor de levendigheid van het verlangen.
1. De psychologische mechanismen achter onderhandel-seks
Mensen gaan onderhandelen over seks wanneer ze zich onzeker, kwetsbaar of afhankelijk voelen. De angst om de ander kwijt te raken, de behoefte aan geruststelling of de vrees voor conflict kan zo sterk worden dat iemand bereid is eigen verlangens of grenzen op te offeren om de relatie “goed” te houden.
– Onzekerheid:
Wanneer iemand diep vanbinnen twijfelt aan zijn eigen waarde of aantrekkelijkheid, kan seks worden ingezet als bewijs: “Als jij mij wilt, ben ik oké.” Instemming wordt dan een vorm van zelfbehoud.
– Angst voor verlies:
Sommigen stemmen toe uit de angst dat een “nee” leidt tot afstand, afwijzing of boosheid. Seks wordt dan ruilhandel voor emotionele stabiliteit: “Als ik toegeef, blijft het veilig tussen ons.”
– Conflictvermijding:
Niet iedereen durft de waarheid uit te spreken over wat hij voelt in zijn lichaam. Partners gaan dan strategisch meebewegen in plaats van eerlijk af te stemmen. Seks wordt een manier om spanningen te dempen in plaats van te doorvoelen.
Deze mechanismen zijn menselijk — maar wanneer ze onbewust blijven, ontwrichten ze de gelijkwaardigheid die nodig is voor echte intimiteit.
2. De relatiedynamiek: wanneer liefde economie wordt
Zodra seks voorwaardelijk wordt, verandert de hele relatie.
Wat eerst een spontane beweging was van nieuwsgierigheid en verlangen, wordt nu een soort stille economie van geven en nemen.
– Resonantie verandert in strategie:
In plaats van voelen wat er in het moment klopt, gaan partners rekenen: “Als ik dit geef, krijg ik dat terug.”
– Liefde verandert in impliciete deals:
Affectie, aandacht en intimiteit worden gekoppeld aan verwachtingen: “Jij wilt dat ik dit doe, ik wil dat jij dat doet.”
– Verlangen wordt voorspelbaar en daardoor leeg:
Wanneer seksualiteit niet langer vrij is, verliest het zijn speelsheid, zijn mysterie, zijn verrassing.
In deze dynamiek raken partners elkaar niet meer vanuit openheid, maar vanuit behoefte- of veiligheidsoverwegingen. Dat maakt de ontmoeting vlak en gespannen tegelijk.
3. Het gevolg op de lange termijn: eros sterft waar vrijheid ontbreekt
Eros — het levende, pulserende deel van seksualiteit — kan alleen bestaan in een atmosfeer van vrijheid. Niet per se vrijblijvendheid, maar innerlijke vrijheid.
Wanneer seks een verplichting of ruilmiddel wordt:
– trekt het verlangen zich terug,
– verarmt de gevoelswereld,
– verharden de rollen,
– en droogt de nieuwsgierigheid op.
Soms blijven stellen wél seksuele interactie houden, maar zonder ziel: ritmisch maar niet levend, fysiek maar niet doorvoeld. Dat is vaak het moment waarop mensen in therapie zeggen: “Het werkt allemaal wel… maar het klopt niet.”
Eros sterft nooit plotseling.
Hij trekt zich langzaam terug wanneer druk, verwachting of verstrengeling de vrije beweging verstikt.
4. Een geanonimiseerd voorbeeld uit de praktijk
Om deze dynamiek tastbaar te maken:
Een stel dat bij mij kwam, noem ik hier Lieke en Aron.
Lieke vertelde dat ze “al maanden geen zin meer had”, maar toch vaak instemde om de sfeer in huis niet te bederven. Aron voelde dat ze er niet echt bij was en ervoer dat als afstand, waardoor hij juist vaker toenadering zocht om zich minder alleen te voelen.
Beiden bedoelden het goed.
Beiden handelden uit liefde.
Maar ze zaten in een gesloten cirkel:
– Lieke gaf toe uit conflictvermijding en schuldgevoel.
– Aron zocht toenadering uit bevestigingsnood.
– Beiden besloten steeds meer op elkaar in plaats van in zichzelf.
– Seks werd een dagelijkse stemmingstherapie in plaats van een ontmoeting.
Na verloop van tijd zei Lieke in één sessie iets wat de kern raakte: “Mijn lichaam zegt nee, maar mijn loyaliteit zegt ja.”
Het moment dat je dit voelt — of hoort — weet je dat de seksuele relatie verschuift van vrijheid naar plicht.
En precies daar begint eros zich terug te trekken.
Toen we werkten aan eerlijkheid, vertraging en toestemming in het moment, werd het patroon zichtbaar: niet omdat ze elkaar niet wilden, maar omdat ze niet langer vanuit vrijheid bewogen. Toen de druk wegviel, kwam de nieuwsgierigheid langzaam terug.
De subtiele vormen van grensoverschrijding
Grensoverschrijding is niet altijd luid, expliciet of zichtbaar.
Meestal is ze stil.
Meestal gebeurt ze precies daar waar twee mensen van elkaar houden, elkaar niet willen kwetsen, elkaar willen behouden of vrezen om elkaar te verliezen.
De meest ingrijpende grensoverschrijding is vaak niet het schreeuwende “over de grens gaan”, maar het stille overnemen van verantwoordelijkheid voor de ander, ten koste van jezelf. Die vorm is zo subtiel dat partners hem soms jarenlang niet herkennen — terwijl juist daar eros, vertrouwen en authenticiteit langzaam worden uitgehold.
1. De energetische dynamiek: wat gebeurt er wanneer iemand meegaat tegen zichzelf?
Wanneer iemand tegen zijn eigen lichaam in “toestemt”, gebeurt er iets fundamenteels in de binnenwereld:
– Het lichaam sluit zich terwijl de handeling doorgaat.
Van buiten lijkt alles “oké”, maar van binnen trekt het systeem samen: de adem wordt hoger, het bekken sluit, de spieren verharden. De ervaring wordt oppervlakkig en afgesneden.
– De aandacht verlaat het lichaam.
In plaats van aanwezig te blijven, dissocieert iemand licht: naar gedachten, naar beleefdheid, naar plicht. Het contact met het eigen ritme verdwijnt.
– Er ontstaat interne splitsing.
Het “ik” dat iets niet wil, wordt gescheiden van het “ik” dat ja zegt. Deze innerlijke splitsing voelt klein, maar herhaalt zich elke keer dat iemand zichzelf voorbijloopt. Zo raakt iemand steeds verder verwijderd van zijn eigen verlangen.
– De vitale seksuele energie bevriest.
Seksualiteit die niet vrij is, wordt geen expressie meer — maar een verdedigingsmechanisme. Dat verstilt, vernauwt en dooft op den duur het spontane vuur.
Deze energetische terugtrekking is geen keuze maar een reflex: het zenuwstelsel beschermt zichzelf tegen iets dat niet klopt.
2. Hoe subtiele grensoverschrijding eros en vertrouwen ondermijnt
Eros leeft van openheid, nieuwsgierigheid en puur contact.
Elke vorm van niet-echt willen — hoe klein ook — werkt als een zandkorrel in een fijn horloge: alles blijft ogenschijnlijk draaien, maar van binnen loopt het vast.
Hoe eros sterft:
– Eros kan niet bestaan waar iemand geen echte keuze heeft.
– Het verlangen trekt zich terug wanneer het lichaam niet wordt gehoord.
– De seksuele energie wordt niet langer een bron van vitaliteit, maar iets dat “moet” of “verwacht wordt”.
– Spontaniteit maakt plaats voor strategie: Hoe voorkom ik teleurstelling? Hoe kan ik dit snel afronden? Hoe zorg ik dat het niet misgaat?
Hoe vertrouwen slijt:
Vertrouwen wordt niet alleen geschaad door wat een partner doet, maar ook door wat iemand zichzelf aandoet in aanwezigheid van de ander. Iemand kan gaan denken:
– “Jij zou moeten voelen dat dit teveel is.”
– “Als ik me aanpas, zie jij dat dan wel?”
– “Ik durf mijn waarheid niet meer te zeggen, want ik ken jouw reactie.”
Vertrouwen sterft in stiltes die niet uitgesproken worden.
In kleine concessies die zich opstapelen.
In meebewegingen die niet vrij zijn.
3. Hoe partners deze patronen herkennen in de micro-signalen van het lichaam
Het lichaam liegt nooit. Zelfs wanneer woorden stilvallen, communiceert het lichaam helder of iets klopt of niet. Subtiele grensoverschrijding is te herkennen in microsignalen — kleine, maar veelzeggende fysieke reacties.
Bij jezelf:
– je adem stokt of wordt oppervlakkig
– je bekken sluit zich of trekt omhoog
– je lichaam verstijft subtiel, vooral schouders en bovenbenen
– je voelt een licht ongemak dat je probeert te negeren
– je gedachten gaan “uit” het moment: praktische gedachten, afleiding
– je glimlach wordt beleefd in plaats van gevoeld
– je voelt een lichte irritatie zonder duidelijke reden
– je voelt opwinding wegvallen terwijl de handeling doorgaat
Bij de ander:
– een minieme terugtrekking van het lichaam
– minder oogcontact
– het lichaam stopt met meebewegen
– een fractie van een seconde vertraging voordat iemand “ja” zegt
– het ontbreken van natuurlijke geluiden of ademritme
– een plotselinge stilte die niet ontspannen maar geladen voelt
Deze signalen zijn niet bedoeld om te interpreteren, maar om op af te stemmen: “Wat gebeurt er met jou? Wat gebeurt er in mij?”
4. De rol van schaamte en loyaliteit in grensvervaging
De meest krachtige krachten die subtiele grensoverschrijding in stand houden, zijn schaamte en loyaliteit.
Schaamte:
Schaamte laat mensen denken dat hun grenzen overdreven, lastig of ongepast zijn.
Het leidt tot:
– jezelf kleiner maken
– je verlangen minimaliseren
– je nee verbergen achter een sociaal gewenste ja
– denken dat jouw ritme “niet normaal” is
Schaamte verdraait het innerlijk kompas.
Ze laat mensen toegeven niet omdat ze willen, maar omdat ze niet durven voelen dat hun behoefte legitiem is.
Loyaliteit:
Loyaliteit komt voort uit liefde, maar kan pijnlijk worden wanneer ze wordt verward met zelfopoffering. Partners doen dan dingen niet om zichzelf te eren, maar om de ander te sparen:
– “Ik wil hem niet teleurstellen.”
– “Zij heeft het al zwaar, ik wil geen extra gedoe veroorzaken.”
– “Hij bedoelt het toch goed.”
– “Ze geeft zoveel, ik kan dit niet weigeren.”
Maar wanneer loyaliteit niet gepaard gaat met eerlijkheid, wordt ze een vorm van onzichtbare verwaarlozing van het eigen lichaam.
Niet uit onwil — maar uit liefde.
En precies daarom is ze zo moeilijk te doorzien.
De essentie van subtiele grensoverschrijding
Subtiele grensoverschrijding is niet het overschreeuwen van de ander, maar het overschreeuwen van jezelf.
Het is het moment waarop loyaliteit groter wordt dan zelfrespect,
waar schaamte sterker wordt dan verlangen,
waar stilte luider wordt dan eerlijkheid,
waar het lichaam meer waarheid spreekt dan de mond durft te zeggen.
En precies daar — in dat kleine, stille punt — begint eros te doven.
De sluipende kracht van herhaling
Seksualiteit ontwikkelt zich over tijd. Patronen van strategie of concessie sluipen langzaam, bijna ongemerkt, het veld van intimiteit binnen.
Seksualiteit is geen momentopname; het is een veld dat zich over tijd vormt. Kleine concessies, strategisch meegaan of het negeren van micro-signalen zijn vaak onschuldig op het eerste gezicht. Maar net zoals een rivier langzaam een kloof uitslijt, stapelen deze kleine bewegingen zich op en vormen ze een patroon.
Herstel kost ook tijd:
Net zoals patronen langzaam ontstaan, vraagt herstel van vrijheid en wederkerigheid herhaalde aandacht en herhaling van kleine momenten van aanwezigheid en eerlijkheid. Één bewuste ontmoeting kan een start zijn, maar echte verandering vindt plaats door consequent afgestemd aanwezig te zijn, keer op keer.
Opbouw van subtiele grensoverschrijding:
Elke keer dat iemand “ja” zegt terwijl het lichaam nee voelt, groeit het patroon van overgave uit loyaliteit of schaamte. Op den duur voelt dit normaal aan, en de oorspronkelijke impuls om vrij te kiezen verdwijnt bijna onmerkbaar.
Verlies van eros over tijd:
Eros trekt zich niet ineens terug; hij vertrekt stukje bij beetje. Aanvankelijk blijft fysieke opwinding mogelijk, maar de spontaniteit, nieuwsgierigheid en diepe resonantie vervagen. Seks blijft bestaan, maar het hart en de ziel nemen langzaam afstand.
Kortom
Wanneer seksualiteit niet langer een middel is, maar een ontmoeting, ontstaat een ruimte waarin twee mensen elkaar werkelijk kunnen voelen. Een ruimte die langzaam wordt opgebouwd, moment na moment, adem na adem, waarin elk ‘ja’ en elk ‘nee’ wordt gehoord en gerespecteerd. Daar, in die vrije aanwezigheid, kan eros zich weer bewegen, kan verlangen opnieuw opbloeien, en ontstaat intimiteit die de ziel raakt. Vrijheid en gelijkwaardigheid zijn geen luxe, maar de voorwaarde voor een seksuele ontmoeting die niet alleen het lichaam, maar ook het hart en de geest voedt.