Zwart-wit communicatie
In gesprekken kies ik vaak voor heldere, zwart-wit uitspraken. Niet omdat ik denk dat ik de waarheid in pacht heb, maar juist omdat ik zoek. Mijn standpunten ontstaan vanuit een persoonlijke zoektocht — gevoed door ervaring, kennis en reflectie. Die scherpe formulering helpt mij om helder te denken en mijn gedachten te ordenen. Niet om te overtuigen, maar om mijn uitgangspunt zichtbaar te maken.
Ik ben een beelddenker. Voor mij betekent dat dat ik vooral denk in sterke, duidelijke beelden en lijnen. Nuanceren met zachte woorden als misschien, mogelijk, wellicht of eventueel werkt niet goed voor mij; die woorden vervagen mijn gedachten en verstoren mijn denkproces. Daarom spreek ik zwart-wit: niet omdat ik het zeker weet, maar omdat het me helpt te zoeken, te begrijpen en grip te houden in de mist.
Een zwart-witte uitspraak van mij is geen eindpunt, maar een tussenstation. Geen oordeel over hoe jij het zou moeten zien, maar een uitnodiging: “Dit is waar ik nu sta — waar sta jij?”
Toch merk ik dat deze manier van communiceren soms weerstand oproept. Mensen horen de scherpte van de vorm, maar missen de ruimte die ik wil geven. Ze stappen uit het gesprek, nog voordat het echt begonnen is. Dat is jammer, want zwart-wit communicatie is voor mij geen oordeel, maar een uitnodiging: dit is mijn positie op dit moment — waar sta jij?
Ik weet dat de wereld complex is. Ik vereenvoudig die niet, maar probeer er wél structuur in aan te brengen. Duidelijkheid voorkomt misverstanden. Het dwingt mij tot zorgvuldigheid en onderbouwing. Tegelijk blijft mijn uitgangspunt: ik weet het niet zeker. Mijn zwart-wit uitspraken zijn geen eindpunt, maar tussenstations in een voortdurend proces van denken, leren en bijstellen.
Als mijn helderheid botst met jouw gevoel, laten we dan daar beginnen. Niet met aannames over elkaar, maar met vragen. Want voor mij begint de echte dialoog pas als we beiden bereid zijn verder te kijken dan de vorm — naar de bedoeling erachter.