Het wezen van Mammon
Zes artikelen:
1) God of Mammon
2) Mammon of God
3) Mammon en God – twee krachten
4) God haat Mammon / Leven of berekenen
5) Het Wezen van Mammon
6) Transformatie: Van Meester naar Middel
In de zoektocht naar het ware Leven, wordt Mammon vaak radicaal afgewezen als tegenkracht – een verleider, een afgod, een bron van slavernij. En terecht: wie Mammon dient, sluit zich af voor het diepe, innerlijke Leven dat vrijmaakt. Toch is er een raadsel dat niet genegeerd mag worden: waarom lijkt Mammon dan zoveel leven te geven? Waarom voelen bezit, succes, macht of comfort zó levendig? In wat volgt, verkennen we deze schijnbare vitaliteit van Mammon – niet om haar te verheerlijken, maar om haar te doorzien. Want pas wie de illusie doorziet, kan werkelijk kiezen.
1. Mammon geeft bestaanszekerheid (of lijkt dat te doen)
Door bezit, geld, status of invloed ontstaat er een beklemmend overtuigende illusie van controle. Wie beschikt over voldoende financiële middelen kan zijn fysieke behoeften vervullen: eten op tafel, een dak boven het hoofd, toegang tot zorg, bewegingsvrijheid, bescherming tegen onzekerheid. Deze vormen van uiterlijke zekerheid wekken de indruk dat het leven beheersbaar is, dat men zichzelf in de stroom van het bestaan kan verankeren. In een wereld waarin het instinct tot overleven vaak sterker spreekt dan het verlangen naar waarheid, wordt Mammon ervaren als een goddelijke voorziener — als een macht die onderhoudt, beveiligt en richting geeft.
Maar het leven dat hij schenkt is fragiel, voorwaardelijk, afhankelijk van markten, systemen, beleid, toeval. Het lijkt leven, zolang alles meewerkt. Maar onder de oppervlakte schuilt een constante dreiging: verlies, inflatie, falen, ziekte, verandering. De mens die zijn vertrouwen bouwt op Mammon, bouwt op zand. Wat Mammon geeft, kan hij zonder waarschuwing afnemen — en doet dat vaak ook. Wat resteert dan, als de zekerheid oplost en het bezit verdwijnt?
Wat Mammon geeft, kan Mammon ook afnemen.
2. Mammon geeft richting (of beter: afleiding)
Het najagen van succes, groei, status of winst biedt mensen een schijnbare richting. Het verschaft hen doelen die hen doen bewegen, ambitie die hen aansteken, plannen die hen vooruitstuwen, en toekomstvisies die hun horizon breder maken. Het vervult het bestaan met een gevoel van doelgerichtheid, alsof men zich in een hogere, noodzakelijke richting beweegt. De geest is voortdurend in activiteit, gedreven door de belofte van beloning, gemotiveerd door de onweerstaanbare drang om te presteren, terwijl de adrenalineniveaus stijgen en de dopamine stroomt. Dit alles lijkt het teken van “leven” zelf — een voortdurende stroom van prikkels die het gevoel van vitaliteit voedt.
Toch is deze dynamiek vaak niet meer dan een lege vlucht in oppervlakkige beweging. Het is drukte zonder diepte, een leven dat wordt geleefd in reactie op externe eisen en beloften, zonder dat de innerlijke kern werkelijk wordt aangesproken. In de hectiek van dit streven verdwijnt de ruimte voor reflectie, stilte en de echte ervaring van zijn — en wordt de ziel vermoeid door het jagen naar iets wat in wezen altijd onbereikbaar blijft.
De dynamiek van Mammon is drukte zonder diepte.
3. Mammon geeft identiteit
Wat je bezit, hoe je eruitziet, welke titels je draagt, waar je woont – al deze uiterlijke markers fungeren als zichtbare symbolen die het ego een kapstok bieden om zichzelf aan op te hangen. Ze geven het gevoel werkelijk iemand te zijn, alsof deze uiterlijke kenmerken een definitie van identiteit kunnen verschaffen. In een wereld die identiteit meet aan prestaties, bezit en status, bouwt Mammon een persoonlijkheid die zich krachtig en levend voelt door wat het heeft verworven en door wat het toont aan de buitenwereld. Het ego lijkt te bloeien in de reflectie van zijn bezittingen, als een schepping van materiële en sociale parameters.
Maar deze identiteit is zó kwetsbaar, want zij is altijd afhankelijk van vergelijking en constant onderhoud. Ze rust op de fragiele basis van wat anderen denken, en is onlosmakelijk verbonden met de angst voor verlies. Wat vandaag wordt geëerd, kan morgen vervagen. Deze identiteit leeft van de voortdurende bevestiging van buitenaf, en wordt dus nooit werkelijk één met het innerlijke zelf. Wat in Mammon gevonden wordt, is een vluchtige zelfverbeelding, die altijd dreigt te verdwijnen zodra het externe evenwicht wankelt.
Maar identiteit in Mammon is altijd kwetsbaar, want ze rust op vergelijking en angst voor verlies.
4. Mammon geeft genot, plezier, luxe
Zonder twijfel kan Mammon toegang verschaffen tot ervaringen die rijk, mooi, intens of plezierig zijn: kunst die de ziel raakt, reizen die de horizon verbreden, gastronomische hoogstandjes die de zintuigen prikkelen, comfort dat de geest ontspant, en erotiek die de verlangens van het lichaam stimuleert. Deze ervaringen kunnen diep doorvoeld worden als levenservaringen – momenten die de zintuigen prikkelen, de verbeelding wekken en zelfs inspireren. Ze bieden een zekere vreugde en intensiteit die de indruk wekken dat ze het ware leven zelf weerspiegelen.
Toch schuilt hier de valkuil: wanneer deze genotservaringen het doel op zich worden, in plaats van een natuurlijke uiting van innerlijke rijkdom, verliest de mens zijn onafhankelijkheid. Hij wordt afhankelijk van externe bronnen om zichzelf het gevoel van ‘leven’ te geven. Genot wordt dan niet langer een vreugdevolle toevoeging aan het bestaan, maar de primaire behoefte. Het verlangen naar meer, naar intensiteit, wordt eindeloos – als een lege tank die steeds weer moet worden bijgevuld.
Genot is van aard vluchtig, altijd tijdelijk, altijd afhankelijk van omstandigheden. Wie het verwart met het ware Leven zal altijd meer willen, nooit verzadigd zijn, altijd op zoek naar de volgende ervaring die het gevoel van vervulling zou kunnen brengen. Maar zoals het water van een rivier dat voortdurend wegsijpelt, blijft het ware Leven een verborgen bron die niet te vangen is in tijdelijke beloningen.
Genot is vluchtig. Wie het verwart met Leven, zal altijd meer willen.
5. Mammon geeft macht: de illusie van scheppingskracht
Door bezit, invloed of technologie lijkt de mens de kracht te hebben om het universum naar zijn hand te zetten. Hij kan bouwen, vormgeven, controleren, en alles wat hem omringt naar zijn wil aanpassen. Deze scheppende kracht lijkt een goddelijk kenmerk, een uiting van creatieve potentie die hem verheft boven de rest van de schepping. In zekere zin is deze kracht een weerspiegeling van het goddelijke vermogen om te creëren en te transformeren. Maar wanneer deze macht losstaat van een diepere, innerlijke waarheid – wanneer ze niet geworteld is in de wijsheid van de ziel – wordt ze een leeg omhulsel van ambitie, een vorm van arrogantie. De mens ziet zichzelf als god, zonder echter te weten wat het betekent om werkelijk met het goddelijke verbonden te zijn. Hij creëert, maar zonder ziel, zonder de bezieling die hem zou moeten leiden.
Zonder geestelijke worteling leidt deze schepping, gedreven door Mammon, tot uitputting – niet alleen van de mens, die zichzelf steeds verder uitput in zijn jacht naar macht en controle, maar ook van de aarde, die zijn energie en middelen levert in de dienst van ongebreideld egoïsme. Wat eens als scheppende kracht begon, verandert dan in vernietiging: een wereld die gebouwd wordt op de fundamenten van Mammon verliest haar levenskracht, zowel in de mens als in de natuur.
Zonder geestelijke worteling leidt schepping via Mammon tot uitputting van mens en aarde.
Conclusie: Mammon geeft leven, maar niet het ware Leven
Mammon biedt een levendigheid die sterk lijkt op leven: activiteit, ervaring, beweging, groei. Maar het is geen wezenlijk leven. Het is een leven dat afhankelijk is van omstandigheden, extern gericht, voortdurend in vergelijking, angstig voor verlies, en gebaseerd op prestatie en bezit.
Het ware Leven – dat wat vanuit het innerlijk stroomt – heeft niets nodig om zichzelf te zijn. Het is. Het rust. Het geeft. Het verdwijnt niet bij verlies, maar verdiept zich juist in tegenslag. Waar Mammon de mens een kunstmatig hart geeft, herinnert God hem aan het ware.
Kort gezegd: Mammon is een meester in het simuleren van leven. Maar het is een nagebootste levendigheid – één die krachtig is, verleidelijk, zelfs indrukwekkend, maar uiteindelijk leeg als het hart daarin niet ontwaakt is.
