Relationele veiligheid begint bij jezelf
Veiligheid is een menselijke basisbehoefte. We groeien ermee op, verlangen ernaar in onze intieme relaties, en voelen ons verloren of verdwaald wanneer het ontbreekt. Maar emotionele veiligheid is iets anders dan constante geruststelling, grenzeloze harmonie of het vermijden van spanning.
In veel relaties wordt ‘veiligheid’ onbewust verward met comfort, conflictvermijding of de verwachting dat de ander ons goed laat voelen. En precies daar begint het probleem.
De fout in de verwachting
Zodra we geloven dat de ander verantwoordelijk is voor onze emotionele veiligheid, leggen we iets fundamenteels buiten onszelf. We verplaatsen de verantwoordelijkheid voor onze grenzen, onze innerlijke stabiliteit en ons vermogen tot zelfregulatie naar iemand anders.
En hoewel dat begrijpelijk is – zeker als we hechtingswonden of trauma met ons meedragen – is het een dynamiek die op de lange termijn juist onveiligheid in stand houdt. Want wat je uitbesteedt, kun je niet bewaken.
Zoals psycholoog David Richo schrijft: “In volwassen relaties is het onze taak om onszelf te geven wat we als kind gemist hebben. De ander mag aanvullen, maar nooit vervangen.”
We willen graag dat onze partner onze angsten kalmeert, onze onzekerheden bevestigt, onze grenzen aanvoelt. Maar als dat de voorwaarde wordt voor onze rust, stabiliteit of waardigheid, zijn we niet in verbinding – we zijn in afhankelijkheid.
Van hechting naar volwassen autonomie
Als kinderen zijn we volledig afhankelijk van de veiligheid die anderen ons bieden. Ouders of verzorgers bepalen in grote mate of we leren dat de wereld veilig, voorspelbaar en ondersteunend is. Die ervaring vormt onze hechtingsstijl, en bepaalt mede hoe we later in relaties omgaan met nabijheid, spanning en verschil.
Maar als volwassene zijn we niet meer die afhankelijke ander. We mogen verantwoordelijkheid nemen voor onze innerlijke wereld. Voor onze triggers. Voor onze patronen. Voor het deel in ons dat veiligheid buiten zichzelf blijft zoeken.
Gabor Maté, arts en traumadeskundige, zegt het scherp: “We zijn gewond geraakt in relatie, maar we helen ook in relatie. Alleen: die heling begint met zelfbewustzijn, niet met de verwachting dat de ander ons zal repareren.”
Veiligheid ≠ het vermijden van spanning
Er is een diep misverstand in veel liefdesrelaties: het idee dat veiligheid gelijkstaat aan rust, harmonie en het ontbreken van conflict. Maar echte veiligheid is niet conflictloos — het is een bedding waarin verschil, confrontatie en spanning kunnen bestaan zonder dat de relatie stukgaat.
Veiligheid betekent dat je in verbinding kunt blijven, óók als het schuurt. Dat je geraakt kunt worden, en toch bij jezelf blijft. Dat je ruimte kunt maken voor spanning, zonder die direct te neutraliseren.
Zoals relatietherapeut Esther Perel stelt: “Te veel veiligheid kan het verlangen doden. Intimiteit vraagt niet om constante geruststelling, maar om het vermogen om met onzekerheid te zijn.”
Onveiligheid is geen groeipijn – het is een grens
Dat alles betekent niet dat we onveiligheid moeten verdragen. Structurele onveiligheid – denk aan manipulatie, gaslighting, minachting, grensoverschrijding of onvoorspelbare woede – is nooit een uitnodiging tot groei, maar een signaal om op te staan.
Het is niet jouw taak om te leren omgaan met gedrag dat je beschadigt.
Het is jouw taak om dat te herkennen en serieus te nemen.
Of, zoals trauma-expert Pete Walker zegt: “Zelfzorg betekent dat je het verschil leert zien tussen wat moeilijk voelt omdat het nieuw is, en wat pijnlijk is omdat het onveilig is.”
De paradox van echte emotionele volwassenheid
Volwassen liefde vraagt dat we onze eigen veiligheid leren dragen. Niet om de ander buitenspel te zetten, maar juist om vrijuit te kunnen verbinden.
Wie zijn eigen innerlijke veiligheid verzorgt, kan vanuit autonomie spreken, luisteren, confronteren en liefhebben. Je hebt dan geen voortdurende geruststelling nodig, en je bent niet voortdurend op je hoede.
Je bent in contact, zónder afhankelijkheid.
Je bent beschikbaar, zónder jezelf te verliezen.
Je bent liefhebbend, zónder je grenzen te verwaarlozen.
Veiligheid als kind – afhankelijkheid als noodzaak
In onze vroege ontwikkeling is externe veiligheid niet optioneel maar existentieel. We zijn als kind totaal afhankelijk van de beschikbaarheid, gevoeligheid en stabiliteit van onze verzorgers om een gevoel van innerlijke samenhang te ontwikkelen.
Die afhankelijkheid vormt de bedding voor ons zenuwstelsel: kunnen we ontspannen? Voelen we ons gedragen? Mogen we bestaan met al onze emoties, ook de lastige? Veiligheid op dat moment is de voorwaarde voor nieuwsgierigheid, spel, leren én verbinding. Zonder die basis ontwikkelt het kind overlevingsstrategieën in plaats van autonomie.
Psychiater Daniel Siegel noemt dit “interpersonal neurobiology” – de manier waarop onze hersenen zich letterlijk organiseren rondom de kwaliteit van onze vroege relaties. Het kind leert: ben ik welkom? Ben ik tot last? Mag ik voelen?
Het wordt echter complex wanneer deze vroege afhankelijkheidsstructuren onbewust worden meegenomen naar volwassen relaties. Dan blijft het verlangen naar emotionele veiligheid gekoppeld aan zorg door de ander, in plaats van aan zelfbewustzijn en interne begrenzing.
We zoeken dan onbewust partners die die rol van emotionele verzorger op zich nemen – of we raken in paniek wanneer de ander dat níét doet. Niet omdat we verwend zijn, maar omdat er nog een jong deel in ons actief is dat nooit heeft geleerd om zichzelf te dragen.
En dat is geen verwijt, maar wel een uitnodiging. Volwassen relaties vragen om volwassen veiligheid: die ontstaat niet in plaats van afhankelijkheid, maar náást het erkennen van wat we gemist hebben – en nu zelf mogen leren geven.
Volwassen veiligheid – een innerlijke verantwoordelijkheid
Waar veiligheid in onze kindertijd afhankelijk was van de ander, vraagt volwassen veiligheid om zelfbewustzijn, innerlijke stevigheid en het vermogen tot zelfregulatie. In volwassen relaties verschuift de dynamiek: we kunnen geraakt worden door de ander, maar het is aan onszelf om te herkennen wat er in ons wordt geactiveerd, en om daar verantwoordelijkheid voor te nemen.
Dat vraagt dat we onderscheid leren maken tussen een reële grens die wordt overschreden, en een oude wond die wordt aangeraakt. Beide verdienen zorg — maar niet dezelfde reactie.
Volwassen veiligheid betekent niet dat we niets meer voelen, of dat we ons niet laten raken. Integendeel: we mogen geraakt worden, maar we zoeken niet meer automatisch dat de ander ons kalmeert, heelt of redt.
Het vraagt van ons om:
– Onze grenzen te voelen én ze helder te communiceren, ook als dat ongemakkelijk is.
– Onze behoeften serieus te nemen, zonder de ander verantwoordelijk te maken voor de vervulling ervan.
– Onze triggers te herkennen als informatie, niet als waarheid.
– Ons zenuwstelsel te leren reguleren, zodat we niet handelen vanuit paniek, projectie of bescherming.
Zoals psychotherapeut Terrence Real zegt: “Volwassenheid in de liefde begint op het moment dat we ophouden de ander verantwoordelijk te maken voor onze pijn.”
Verwachten dat de ander ons continu veilig houdt, is vaak een echo van een onvervulde hechtingsbehoefte — begrijpelijk, maar riskant. In plaats van verbinding ontstaat afhankelijkheid. In plaats van intimiteit ontstaat controle. In plaats van kwetsbaarheid ontstaat verwijt.
En dat is waar relaties onder druk komen te staan: niet door het conflict zelf, maar door het ontbreken van interne stevigheid om het conflict te dragen.
Echte volwassen veiligheid begint daar waar we ophouden te wachten op geruststelling van buitenaf — en leren vertrouwen op de draagkracht van binnenuit.
Onveiligheid is nooit acceptabel
Dat gezegd hebbende: onveiligheid in een relatie – in de vorm van manipulatie, dreiging, gaslighting, grensoverschrijding, emotionele verwaarlozing of fysieke/verbale agressie – is nooit normaal of verdedigbaar.
Ook al ben je als volwassene verantwoordelijk voor je innerlijke veiligheid, dat betekent niet dat je moet leren omgaan met een omgeving die je structureel onveilig maakt. Onveiligheid is geen groeikans; het is een signaal om op te staan, weg te bewegen of grenzen te stellen. Lees verder: Onveiligheid-in-de-relatie-no-go/
De paradox van echte verbinding
Echte verbinding manifesteert zich niet in het constante gevoel van veiligheid dat de ander jou biedt, noch in het vermijden van ongemak en conflict. Het fundament van diepgaande verbinding ligt in het vermogen om je eigen emotionele veiligheid te dragen en vanuit die innerlijke zekerheid open en authentiek contact te onderhouden – juist wanneer de relatie uitdagend, onvoorspelbaar of confronterend wordt.
Deze verbinding vraagt om een moed die dieper reikt dan alleen durven spreken. Het is de moed om aanwezig te blijven in onzekerheid en kwetsbaarheid, om jezelf niet te verliezen in de chaos van emoties en gedachten, maar standvastig te blijven in je eigen zijn. Het is een proces van voortdurende zelfreflectie en zelfregulatie, waarbij je verantwoordelijkheid neemt voor je innerlijke wereld zonder die te projecteren op de ander.
Tegelijkertijd impliceert ware verbinding een gelijkwaardige en wederkerige dynamiek, waarin beide partners elkaars grenzen erkennen en respecteren. Het vraagt om collectief waakzaam te zijn voor subtiele signalen van onveiligheid, en om te weigeren die te normaliseren of te bagatelliseren. Deze gezamenlijke verantwoordelijkheid creëert een psychologisch klimaat waarin vertrouwen kan groeien en authenticiteit wordt gekoesterd.
In essentie is een gezonde relatie geen toevluchtsoord van permanent comfort, maar een heilige ruimte waarin de spanning tussen nabijheid en autonomie, veiligheid en groei, harmonie en conflict kan bestaan zonder de verbinding te verbreken. De veiligheid die hier wordt ervaren, is geen extern gegeven, maar een innerlijk fundament – een stabiele grondslag die jij draagt en waaruit liefde en verbondenheid als een dynamisch, levend proces kunnen ontkiemen.
Afsluitende reflectie
In hoeverre leg jij de verantwoordelijkheid voor jouw emotionele veiligheid bij de ander neer? Waarin mag jij jezelf uitnodigen om steviger te staan — in het bewaken van je grenzen, het verzorgen van je innerlijke wereld, of het durven loslaten van wat niet langer resoneert?
Het pad naar volwassen verbinding begint met deze eerlijke zelfvraag. Niet om jezelf te veroordelen, maar om jezelf te empoweren. Want alleen wanneer je jezelf als eerste veilig kunt maken, ontstaat de ruimte om werkelijk samen te zijn — vrij, open en in authentieke nabijheid.