Trek je sandalen uit!
Een uitnodiging tot overgave aan het wezenlijke
Er zijn momenten waarop een stem je roept. Niet luid, niet dwingend, maar zó zuiver dat ze alles in je stilzet. Een stem die je niet uit de wereld hoort, maar vanbinnen — alsof iets ouds in jou zich herinnert. In die stilte zegt ze slechts: “Trek je sandalen uit.”
Wat betekent dat?
Wat wordt er werkelijk gevraagd?
De grens van het bekende
Sandalen beschermen. Ze bedekken, ze dempen. Ze zijn ons houvast bij het gaan over ruwe grond. Maar wat we vaak niet beseffen: ze zijn méér dan alleen bescherming. Sandalen zijn onze overlevingsmechanismen. Niet van leer, maar van herinneringen, angsten en patronen gevormd door ons verleden.
Het zijn de maskers die we dragen om geaccepteerd te worden.
De ingesleten reacties om pijn te vermijden.
De controle, het vluchten, het pleasen.
De overtuigingen die ons vertellen dat we eerst iets moeten bewijzen, verdienen, of beter moeten worden — voor we goed genoeg zijn.
Deze mechanismen zijn niet fout. Ze hebben ooit gediend. Ze hebben ons geholpen om overeind te blijven in situaties waarin we anders misschien verloren waren gegaan. Maar na verloop van tijd worden ze te krap. Ze beginnen te knellen. Wat ons ooit beschermde, scheidt ons nu van het leven zelf.
Ze vormen de tussenruimte tussen wie je denkt te zijn, en wat je werkelijk bent.
De heilige grond
De grond waarop je staat is heilig — niet omdat hij zich onder een heilige boom bevindt, of op een mythische plaats, maar omdat jij erop staat. Op dit precieze moment. In volle aanwezigheid. Want het heilige is niet elders; het is dat wat zichtbaar wordt zodra alles wat daartussen zit, wegvalt.
Wie zijn sandalen uittrekt, komt in direct contact met het wezen. Niet een ‘hoger’ wezen buiten jezelf, maar het diepe wezen binnenin — jouw onveranderlijke kern. Die stille plek die weet, liefheeft, kijkt zonder oordeel. Ze was er altijd al, maar is vaak bedekt geraakt door lagen van bescherming.
Het wezenlijke vraagt niets van je — behalve dit: kom zoals je bent. Zonder verdediging, zonder verhalen. Niet groots of spiritueel, maar eenvoudig, echt, en open.
Een daad van overgave
Je sandalen uittrekken is een daad van vertrouwen. Het is zeggen: ik leg mijn overleving neer, ik kies voor aanwezigheid. Het is de moed om niets meer te verbergen. Om jezelf toe te staan volledig gezien te worden — eerst door jezelf, dan misschien door het leven zelf.
Dat doet pijn. Niet omdat het wezenlijke pijnlijk is, maar omdat het ego zijn houvast verliest. Omdat het overlevingssysteem niet weet wat er gebeurt zodra het geen controle meer heeft. En toch: in dat loslaten opent zich iets anders. Stilte. Ruimte. Aanraking met een waarheid die geen woorden nodig heeft.
Een waarheid die niet zegt: “Word iets beters.”
Maar: “Je bent er al.”
Het uittrekken van sandalen is dus nooit zomaar een fysieke handeling. Het is een krachtig, zichtbaar gebaar van innerlijke overgave — het loslaten van eigen rechten, ego of controle. Het markeert het moment waarop de mens zichzelf niet langer als middelpunt plaatst, maar zich opent voor iets dat groter is dan het zelf. In het verhaal van Mozes bij de brandende struik, en later bij Jozua vóór de val van Jericho, betekent het letterlijk binnentreden op heilige grond: een terrein dat niet meer van jou is, maar van het Leven zelf. In andere passages, zoals bij het weigeren van het zwagerhuwelijk (Deuteronomium 25), of in het boek Ruth, staat het uittrekken van sandalen juist symbool voor het afstand doen van verantwoordelijkheid of bezit. Telkens weer wordt duidelijk: waar de sandaal uitgaat, valt een beschermlaag weg. Wat overblijft, is openheid, waarheid, en de bereidheid om het wezenlijke te ontmoeten — ongehinderd, onbeschermd, en volledig aanwezig.
Aanwezig zijn
Op blote voeten lopen is niet alleen een metafoor voor kwetsbaarheid, maar ook voor echtheid. Je voelt elk steentje, elke grasspriet, elke temperatuurwisseling. Zo ook wanneer je leeft vanuit het wezen: je voelt alles. Niet als drama, maar als leven. Je hoeft niet meer te vluchten of te verdoven. Alles mag er zijn — en juist daardoor gaat niets met je aan de haal.
Dit is de vrijheid van wie zijn sandalen heeft uitgetrokken. Niet de vrijheid van de vlucht, maar die van de volledige aanwezigheid. Het is de vrijheid van thuiskomen in jezelf.
Tot slot
“Trek je sandalen uit.”
Het is een uitnodiging die je niet kunt beantwoorden met denken, verklaren of geloven. Alleen met doen. Of liever gezegd: met laten.
Laten vallen. Laten oplossen. Laten zijn.
Want de ware ontmoeting begint daar
waar je niets meer hoeft te beschermen.
Dan blijf jij over.
En de heilige grond.
En het leven dat eindelijk vrij door je heen kan stromen.