Niemandsland – school voor gemeenschap
In mijn boek in wording ‘Exodus: spiegel voor persoonlijke ontwikkeling‘ beschrijf ik het psychologische proces van het Exodusverhaal hoofdstuk voor hoofdstuk. Deze serie geeft op de onderdelen van de woestijn als noodzakelijk niemandsland meer taal. Want in de woestijn — het niemandsland tussen oud en nieuw — worden we uitgenodigd om te groeien. Het is een ruimte van stilte, strijd en ontmoeting, waar oude zekerheden wegvallen en iets nieuws kan ontstaan. Deze serie verkent de diepe wijsheid, psychologische processen en spirituele lessen die schuilgaan in de woestijnreis van transitie en transformatie.
1 – De woestijn spreekt; 2 – De grote angsten en het verlangen naar terugkeer; 3 – Van slavernij naar eigenaarschap; 4 – Spiegel voor Innerlijk Leiderschap; 5 – School voor gemeenschap; 6 – Een poort naar de toekomst en 7 – Stemmen in stilte, tekens in zand
Hoe het niemandsland ons uitdaagt om samen te groeien, vertrouwen te bouwen en een nieuw volk te vormen
Van eenzame woestijn tot verbonden volk
De woestijn roept vaak beelden op van eenzame leegte, maar in de diepere betekenis is het een cruciale overgangszone tussen twee existentiële toestanden: van slavernij naar vrijheid, van verlies van eigenheid naar het vinden van authentiek zelf-zijn. In Egypte bestond het volk vooral als massa — eenheidsworst waarin iedereen hetzelfde was en daarmee juist niemand écht zichzelf kon zijn.
Het niemandsland nodigt uit tot iets fundamenteels anders: het ontwikkelen van eigenheid, autonomie en innerlijke vrijheid, niet als afzonderlijke eilandjes, maar als verbonden individuen die samen een gemeenschap vormen. Het is de paradox van het volwassen worden: je wordt vrij door jezelf te vinden én tegelijk door open te staan voor de Ander.
Psychologie van de overgang: van massa naar individu in relatie
Victor Turner beschrijft de liminale fase als een “tussen-zijn”, een ruimte waar de oude identiteit is afgebroken, maar de nieuwe nog niet compleet is. In deze ruimte verdwijnt het strakke keurslijf van de oude orde — de slavernij van eenvormigheid en afhankelijkheid — en ontstaat de ruimte voor persoonlijke groei. Maar het is niet zomaar een individuele bevrijding; het is een sociaal proces waarin gelijkwaardigheid en verbondenheid centraal staan.
De woestijn dwingt het volk om zichzelf te leren kennen als uniek, met eigen keuzes en verantwoordelijkheid, maar ook om zich te openen voor de kwetsbaarheid en behoeften van de ander. Autonomie betekent hier niet isolement, maar volwassen participatie in een relationele gemeenschap.
Vertrouwen als fundament voor gemeenschap
Vertrouwen wordt in deze fase geen vanzelfsprekendheid, geen concurrentie, maar een verbond dat dagelijks opnieuw moet worden opgebouwd te midden van onzekerheid en schaarste. Het manna, dagelijks gegeven, symboliseert deze voortdurende afhankelijkheid van en toewijding aan elkaar en aan het hogere.
Hier leert het volk dat ware vrijheid niet bestaat zonder wederzijdse verantwoordelijkheid: vrijheid zonder relatie leidt tot isolatie, maar relatie zonder vrijheid tot verstikking.
Filosofische en spirituele grondslagen
Martin Buber’s “Ik en Gij” theorie benadrukt dat echte menswording ontstaat in de ontmoeting met de Ander. Niet in abstracte massa, maar in concrete dialoog — in het erkennen van het unieke van de ander en tegelijkertijd jezelf authentiek kunnen zijn.
Abraham Joshua Heschel benadrukt dat gemeenschap geworteld is in “heiligheid van de relatie”: niet oppervlakkige verbondenheid, maar diep respect en verantwoordelijkheid die de ander erkent als medeschepsel van het goddelijke.
Samen groeien als oefenplaats van volwassenheid
Het niemandsland is een oefenplaats waar het volk leert balans te vinden tussen eigenheid en verbondenheid. Zoals in de psychologische ontwikkeling de adolescentie de overgang is van afhankelijkheid naar zelfstandigheid, zo is de woestijn de sociale adolescentie van het volk Kanaan.
Deze fase vraagt om moed om los te laten wat veilig was en om open te gaan naar een kwetsbare, maar hoopvolle toekomst. Het is het leren samen leven in volwassenheid — waar verschillen niet bedreigen, maar verrijken.
Oude wijsheden – Het verbond en de geboorte van een gemeenschap
Het volk Israël als kehillah: samen onderweg
In de woestijn, ver van de structuren van Egypte en nog niet aangekomen in de beloofde bestemming, worden de Hebreeen omgevormd tot een kehillah — een gemeenschap. Bij de Sinaï ontvangt het volk niet slechts een set woorden, maar sluit het een verbond (brit) dat zowel juridisch als existentieel is. Het is een sociaal contract waarin individuele vrijheid wordt verbonden aan collectieve verantwoordelijkheid. Maar het is ook een spirituele verbinding: een belofte van trouw aan de Ene én aan elkaar.
De Joodse traditie benadrukt dat gemeenschap niet vanzelf ontstaat, maar geoefend moet worden. De praktijk van hevruta — samen leren en elkaar bevragen — is een eeuwenoude methode waarin relationele waarheid wordt gevormd in dialoog. Niet de consensus, maar de wederzijdse scherping staat centraal. In de woestijn wordt deze leerhouding voor het eerst zichtbaar: het volk leert denken, luisteren, spreken — samen.
Rituelen en wetten zijn daarbij geen regels om te onderdrukken, maar vormen die richting en ritme geven aan het samenleven. Zoals een dans structuur nodig heeft om te kunnen ontstaan, zo helpen sjabbat, gerechtigheid en zorgwetten de gemeenschap zichzelf te begrenzen én te verbinden.
De woestijn als oefenplaats voor achdut (eenheid) en chesed (liefdevolle trouw)
In de leegte van de woestijn, waar mensen op elkaar aangewezen zijn, ontstaat een andere vorm van eenheid: geen collectivistische eenvormigheid zoals in Egypte, maar een gedragen verbondenheid waarin ieders eigenheid erkend wordt. Achdut betekent niet dat iedereen hetzelfde denkt of doet, maar dat men elkaar vasthoudt in verschil. Het is een spirituele eenheid, geen ideologische.
De mystieke traditie benadrukt het belang van chesed — liefdevolle trouw — als bindweefsel van de gemeenschap. Niet alleen verticale trouw aan God, maar ook horizontale trouw aan elkaar. In een onthechte omgeving wordt deze loyaliteit geoefend: dagelijks opnieuw, wanneer het vertrouwen op de proef wordt gesteld, wanneer angst en onzekerheid de gemeenschap dreigen te verdelen.
De openheid van de woestijn maakt die verbondenheid mogelijk: er is niets anders om op te leunen dan op elkaar. Precies daar, in die kwetsbare tussenruimte, wordt het volk geboren als volk.
Psychologie – Van isolatie naar verbondenheid
De sociale dimensie van transitie
In tijden van overgang denken we vaak eerst aan persoonlijke verandering — maar werkelijke transformatie vindt zelden in isolatie plaats. Overgangsfasen, zoals de woestijntijd in Exodus, hebben altijd een sociale dimensie: de mens verandert in relatie tot anderen. In antropologische termen is dit een rite de passage, en elke rite heeft drie fasen: afscheiding, liminaliteit en integratie. De woestijn is de liminale fase: het oude is losgelaten, het nieuwe is nog niet geboren.
In deze fase worden groepen gevormd en hervormd. Er ontstaan loyaliteiten, conflicten en spanningen. De psychologie wijst erop dat groepsvorming in transitieomstandigheden vaak leidt tot projectie, machtsstrijd of regressie: mensen vallen terug op primitieve copingstrategieën wanneer de veiligheid verdwijnt. Denk aan het volk Israël dat moppert, de leiders uitdaagt, of terugverlangt naar de zekerheid van Egypte (“Daar hadden we tenminste vlees!” – Numeri 11:5).
Toch is het juist deze onveilige ruimte die uitnodigt tot het bouwen van echte veiligheid — niet gebaseerd op controle, maar op vertrouwen. Het ontwikkelen van sociale veerkracht begint met het erkennen van elkaars angst en onvermogen, en het oefenen van open communicatie, verantwoordelijkheid en begrenzing.
Samen sterker: verbondenheid als bedding voor groei
De mens wordt zichzelf pas werkelijk in relatie tot de ander. Carl Gustav Jung sprak over het belang van de ontmoeting met de ‘Schaduw’ — de delen van onszelf die we liever niet zien — en deze schaduw toont zich vaak het scherpst in onze omgang met anderen. Wat we in de ander veroordelen of bewonderen, zegt vaak meer over onze eigen binnenwereld. De gemeenschap fungeert dus als spiegel voor het innerlijke proces van individuatie.
Tegelijkertijd biedt diezelfde gemeenschap steun en draagkracht. Victor Turner introduceerde het begrip communitas om de unieke verbondenheid te beschrijven die ontstaat in de liminale fase van een transitie. In deze fase vallen rollen en statusverschillen tijdelijk weg, en ontstaat er een diep, egalitair wij-gevoel — niet door structuur, maar door gedeelde kwetsbaarheid.
Deze tijdelijke communitas kan, mits gevoed en bekrachtigd, uitgroeien tot een duurzame gemeenschap van wederkerigheid. In het niemandsland kan de ervaring van ‘ik ben alleen’ overgaan in ‘wij dragen elkaar’. Dit is precies wat wij op het oog hebben in de programma’s van GIDEON | programma voor mannen, in ACHSA | programma voor vrouwen en in HOOGLIED | Programma voor relaties
Reflectie
Waar in jouw leven word je uitgenodigd om eenzaamheid niet op te lossen met terugtrekking, maar met moedige verbondenheid? Welke oude vormen van ‘samen’ mogen sterven, zodat een eerlijkere vorm van gemeenschap kan ontstaan?
Theologie & filosofie – Verbond als grondslag van ethiek en gemeenschap
Het verbond als theologisch fundament van gemeenschap
In de Bijbelse visie is gemeenschap niet gebaseerd op macht, nut of groepsgevoel, maar op verbond (berit). Dit verbond is geen juridisch contract in moderne zin, maar een relationele structuur: een morele verbinding tussen God en mens, en tussen mensen onderling. Bij de Sinaï wordt het volk Israël niet alleen geroepen tot gehoorzaamheid, maar tot wederzijdse trouw — een verbintenis die hun identiteit als gemeenschap fundeert.
De Joodse filosoof Martin Buber noemt deze relationele grondslag het “Ik-Gij”-principe: het zelf bestaat niet op zichzelf, maar komt tot leven in ontmoeting. Elk menselijk gezicht roept een antwoord op. Deze ontmoeting is volgens Buber de oorsprong van ethiek: we worden verantwoordelijk in de nabijheid van de ander.
Emmanuel Levinas bouwt hierop voort met zijn radicale stelling: de Ander gaat mij altijd vooraf. De blik van de ander eist als het ware een ethisch antwoord. Niet als plicht van buitenaf, maar als een innerlijke oproep van mijn mens-zijn. De ervaring van niemandsland versterkt deze oproep — omdat er geen vaste structuren meer zijn, wordt ethiek niet opgelegd, maar geleefd.
De ethiek van zorg en verantwoordelijkheid in de woestijn
In de woestijn, waar oude zekerheden wegvallen, wordt de noodzaak tot gemeenschap rauw zichtbaar. In deze liminale ruimte wordt duidelijk wat het betekent om werkelijk verantwoordelijk te zijn: niet alleen voor je eigen overleven, maar voor het welzijn van de ander. Dit is geen vrijblijvende solidariteit, maar een ethiek van hesed — trouw, zorg, en toewijding.
De woestijn is een oefenplaats voor deze ethiek. Hier leren mensen de grenzen van hun eigen kracht kennen, en worden ze tegelijkertijd uitgenodigd om dragers van elkaars last te worden. Zoals Paulus later zou schrijven: “Draag elkaars lasten, en vervul zo de wet van Christus” (Galaten 6:2) — een echo van de verbondslogica waarin liefde de grondwet is.
Gemeenschap in woestijntijd is geen warme bubbel, maar een arena van groei, confrontatie, en heling. Hier botsen verlangens, ontstaan conflicten, en wordt de roep naar volwassen liefde — een liefde die het uithoudt met imperfectie — geoefend. Zoals Mozes met zijn volk worstelt, zo worstelt elke gemeenschap met de spanning tussen idealen en realiteit. Maar juist in deze worsteling wordt de ethiek geboren die gemeenschap levend houdt.
Reflectie & oefening
* Wie draagt jou in je woestijntijd?
Welke mensen in jouw leven vormen de kring waarin jij mag oefenen met vertrouwen, eerlijkheid en liefdevolle wederkerigheid? Waar ligt nog onuitgesproken pijn, projectie of hunkering?
* Wat vraagt deze tussenruimte van jou?
Welke stap kun jij zetten om vertrouwen te versterken — in jezelf én in de ander? Welke patronen mogen afbrokkelen, zodat iets nieuws in relatie kan ontstaan?
* Meditatie:
Sluit je ogen en visualiseer een open cirkel van mensen die met jou in het niemandsland wandelen. Iedereen krijgt ruimte om te zijn wie hij of zij is. Jij ook.
Voel wat er gebeurt als je daar volledig aanwezig mag zijn — zonder maskers, zonder rol. Welke plek neem jij in? En wat wordt daar van je gevraagd?
LEES VERDER: 6 – Een poort naar de toekomst